Zwolle in de jaren ’50 en ’60

Zwolle – “Kom binnen!” De jaren ’50 waren huiselijk; thuis was het middelpunt, en overal een beetje hetzelfde. Moeder stopte de sokken, vader rookte pijp en de kinderen bouwden een kraan van Meccano of lazen Arendsoog. In de stad verrezen flatgebouwen; efficiënt ingericht en van moderne gemakken voorzien, maar zelden met een lift.

schermafbeelding_2015-09-09_om_19.00.20.png

De welvaart kwam met de jaren ’60. We gingen protesteren, provoceren. De jeugd greep de macht en klitte samen rond de snackbar. Kleding werd comfortabeler, losser en gemakkelijker: geen stijve puntbeha meer, maar een soepeler exemplaar. Het gemiddelde gezin had drie kinderen en paste in een Renault Dauphine, Volkswagen Kever of Simca 1000. De jonge nozems gaven de voorkeur aan een brommer: een Puch of Tomos. Vetkuiven kozen voor een Kreidler of Zündapp en de dames reden op een Mobylette. Beleef vanaf 25 september de jaren ’50 en ’60 opnieuw in de fototentoonstelling met foto’s uit de collectie van het Historisch Centrum Overijssel. Een samenwerkingsproject van het Historisch Centrum Overijssel en het Stedelijk Museum Zwolle.

Gerelateerde Berichten

(Automatisch gegenereerd)

19 gedachten over “Zwolle in de jaren ’50 en ’60”

  1. Mien vader had in die tied altied een dikke bolknak tussen zien lippen hangen en mien opa zat altied te kauwen op proemtabak en nao een poossien kauwen spuugde hij det op een afstand van een meter altied feilloos in een afvalbaakkien.

  2. mooie tijden in Assendorp:
    -er was een grote bieb in de Assendorperstraat; kon je met je jeugdkaart als jochie zelf je boeken uitzoeken
    -we organiseerden als zesdeklassers voetbalwedstrijden tegen”de openbaren” en “de katholieken”; kwam geen scheidsrechter of ouder aan te pas
    -supermarkten bestonden nauwelijks, maar de boodschappen werden één keer per week met de DAF bezorgd door de locale kruidenier uit de Eendrachtstraat.

  3. En als ik als jongetje van het buiten spelen weer eens vuil thuis kwam, werd ik door mijn moeder verwelkomd met de woorden: “Waar heb je nou weer gezeten. Moet je nou eens zien hoe je er weer uit ziet. Je ziet eruit als een Turk!” Geen idee wat een Turk was trouwens, maar ik geloof dat je dat nu ook niet meer zo kunt zeggen… 🙂

  4. Nou, dat heb ik nooit een leuk kinderfeest gevonden als kind. Als de dood voor die in het rood verklede mijnheer en die zwarte malloot. Mijn familie, de ouderen tenminste, vermaakten zich wel; de kinderen toch een stuk minder. Zoals eigenlijk met alles wat een kinderfeest genoemd wordt. En die Piet heette Moriaantje, zo zwart als roet volgens het kinderversje, niks geen schoorsteenveger, gewoon niet één van ons.

  5. we organiseerden als zesdeklassers voetbalwedstrijden tegen”de openbaren” en “de katholieken”; kwam geen scheidsrechter of ouder aan te pas

    Dat gaat de KNVB als pilot in Limburg invoeren voor de F-jes: ouders op 20 meter afstand en geen scheidsrechter.

Reacties zijn gesloten.