Zwolle – Op begraafplaats Bergklooster liggen vier vliegers van de Royal Air Force begraven. Het zijn vier bemanningsleden van de zevenkoppige bemanning van een bommenwerper, de Lancaster I van het 50e Squadron.
Het toestel met zeven bemanningsleden aan boord vertrok op 17 december 1942 vanaf Skellingthorpe UK, een Royal Air Force vliegveld voor bommenwerpers, welke in de Tweede Wereldoorlog in gebruik was. RAF-personeel noemde het vliegveld ook wel “Skelly”.
Ze vertrokken voor een missie in Duitsland. Onderweg werd het toestel geraakt door de Duitse luchtafweer. Vervolgens werd het toestel aangevallen door een Duitse nachtjager die het toestel neerschoot. Het vliegtuig stortte 600 meter ten noorden van Haerst in het noordoosten van Zwolle neer.
Van de zeven bemanningsleden wisten er drie te springen. Het waren W.J. Farrelly, J.D. Chapman en J.H. Mitchell. Zij werden krijgsgevangen genomen. Vier bemanningsleden overleefden de crash niet en werden begraven op de begraafplaats Bergklooster in Zwolle. De namen van de vier omgekomen bemanningsleden zijn: Ronald Walter Game, leeftijd 22 jaar, Harold Gilleland, leeftijd 31 jaar, Norman Edward Goldsmith, leeftijd 20 jaar en Duncan Martin Wilson, leeftijd 21 jaar.
Op de grafstenen staat Per Ardua Ad Astra, wat ‘Via moeilijkheden naar de sterren’ betekent. Het is het officiële motto van de Royal Air Force.
De Lancaster is een 4-motorige zware bommenwerper die vooral door de RAF gebruikt werd. De maximum snelheid was 450 km/h en de bewapening bestond uit 3 Browning machinegeweren. Het vliegtuig kon maximaal 10.000 kg aan bommen meenemen.
Er zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog zo’n 6000 vliegtuigen neergestort boven Nederland. Nu nog worden tienduizenden militairen vermist die 75 jaar geleden luchtaanvallen hebben uitgevoerd. Militairen van de BIDKL proberen in Nederland vermiste militairen te vinden.
